Algemene informatie

Algemene informatie

• Oorsprong: België (behoort tot de Belgische Herders, samen met de Tervuerense, Groenendaeler en Laekense Herder)
• Levensverwachting: 10-14 jaar
• Gewicht: 25-30 kg (reuen), 20-25 kg (teven)
• Schofthoogte: 60-66 cm (reuen), 56-62 cm (teven)

Uiterlijk

• Vacht: Kort, dicht en stevig met een goed isolerende ondervacht
• Kleur: Warm roodbruin tot geelbruin, met een kenmerkend zwart masker en zwarte haarpunten
• Bouw: Atletisch, gespierd en sierlijk

Karakter en gedrag

• Intelligent: Zeer slim en leergierig, pikt snel nieuwe commando’s op
• Waakzaam: Altijd alert en uitstekend geschikt als waakhond
• Energiek: Heeft veel beweging en mentale uitdaging nodig om zich gelukkig te voelen
• Loyaal: Sterk gehecht aan zijn eigenaar en gezin, toegewijd en beschermend
• Zelfverzekerd: Kan een sterke eigen wil hebben en vereist een consequente opvoeding
• Sociaal: Gaat goed om met gezinsleden, maar kan gereserveerd zijn tegenover vreemden

Ras standaard en wet en regelgeving 

Ras standaard

De Mechelse Herder is een middelgrote, goed geproportioneerde en gespierde hond met een vierkante lichaamsbouw. Hij straalt kracht en elegantie uit en heeft een levendige, waakzame uitstraling. Het ras is gefokt als werkhond en heeft een hoge mate van intelligentie en energie.

Afmetingen & gewicht

• Schofthoogte:
  • Reuen: 60-66 cm
  • Teven: 56-62 cm
• Gewicht:
  • Reuen: 25-30 kg
  • Teven: 20-25 kg
• Lichaamsverhouding: Lichaamslengte ongeveer gelijk aan de schofthoogte (vierkante bouw)

Hoofd

• Vorm: Droog, goed geproportioneerd, niet te breed.
• Schedel: Matig breed, evenredig met de lengte van het hoofd.
• Stop: Matig uitgesproken.
• Neus: Zwart, goed gevormd.
• Snuit: Middellang en recht, geleidelijk versmallend naar de neus.
• Lippen: Dun, goed aansluitend en zwart gepigmenteerd.
• Gebit: Schaargebit, compleet en krachtig.
• Ogen: Middelgroot, amandelvormig, donkerbruin, levendige en intelligente uitdrukking.
• Oren: Hoog aangezet, rechtopstaand en driehoekig, met een spitse punt.

Lichaam

• Nek: Krachtig, matig lang, licht gewelfd zonder keelhuid.
• Rug: Recht, stevig en goed gespierd.
• Lendenen: Kort, breed en krachtig.
• Kruis: Licht aflopend, breed en goed gespierd.
• Borst: Diep, matig breed met goed gewelfde ribben.
• Buik: Matig opgetrokken.

Staart

• Middellang, tot aan de spronggewrichten reikend.
• In rust recht of licht gebogen gedragen, bij actie hoger en iets krom, maar zonder over de rug te krullen.

Ledematen

• Voorbenen: Recht en evenwijdig, sterke botstructuur.
• Achterbenen: Krachtig en gespierd, met een goed gehoekt kniegewricht.
• Voeten: Compact, rond ("kattenvoeten") met stevige nagels en kussens.

Vacht

• Type: Kort, dicht en goed aansluitend met een dichte ondervacht.
• Kleur: Roodbruin tot geelbruin met een zwart masker en zwarte haarpunten.
• Beharing op lichaam: Korter op het hoofd en de onderbenen, langer rond de hals en staart.

Wet en regelgeving

Fokken van Mechelse Herders

• Maximaal aantal nesten: Een teef mag binnen een periode van 12 maanden maximaal één nest krijgen.

• Bedrijfsmatig versus hobbymatig fokken: Fokkers die minder dan 20 honden per jaar fokken, worden beschouwd als hobbyfokkers. Dit betekent niet dat ze minder serieus zijn; het is een juridische classificatie.

• Registratie en identificatie: Sinds 1 april 2013 moeten alle pups binnen zeven weken na de geboorte worden gechipt en geregistreerd bij een erkende databank.

Verkopen van Mechelse Herders

• Minimale leeftijd bij verkoop: Pups mogen pas worden verkocht als ze minimaal zeven weken oud zijn.

• Verantwoordelijkheden verkoper: Verkopers moeten correcte informatie verstrekken over de gezondheid en het welzijn van de pup.

• Illegale hondenhandel: De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) ontvangt jaarlijks meldingen over misstanden in de hondenhandel en treedt op tegen illegale praktijken.

Kopen van Mechelse Herders

• Aandachtspunten bij aanschaf: Het is belangrijk om een pup aan te schaffen bij een betrouwbare fokker. Let op de gezondheid van de ouderdieren en de leefomstandigheden van de pups.

• Registratie op naam nieuwe eigenaar: Bij aankoop moet de hond op naam van de nieuwe eigenaar worden geregistreerd.

• EU-dierenpaspoort: Elke hond die na 1 november 2021 is geboren, geïmporteerd of van eigenaar wisselt, moet beschikken over een EU-dierenpaspoort.

Algemene wetgeving

• Besluit houders van dieren: Sinds 1 juli 2014 is het 'Besluit houders van dieren' van kracht, dat van toepassing is op iedereen die dieren houdt, zowel particulier als bedrijfsmatig.

• Verbod op fokken voor agressieve doeleinden: Het is in Nederland verboden om honden te fokken met als doel agressief gedrag te stimuleren.

Socialisatie fases

1. Neonatale fase (0-2 weken)

Kenmerken:

• Blind en doof bij geboorte, volledig afhankelijk van moeder.
• Alleen basisreflexen zoals zuigen en kruipen.
• Gevoelig voor warmte en aanraking.

Socialisatie:
Dagelijks kort hanteren (zachtjes oppakken en aaien).
Rustige omgeving met moeder en nestgenoten intact.

2. Overgangsfase (2-4 weken)

Kenmerken:

• Ogen en oren gaan open, eerste reacties op geluiden.
• Eerste wankele stapjes, begin van primitief spel.
• Melktanden komen door, interesse in vast voedsel.

Socialisatie:

• Korte menselijke interacties met verschillende mensen.
• Zachte geluiden introduceren (radio, stofzuiger, handklappen).
• Eerste geuren en texturen laten verkennen.

3. Eerste socialisatiefase (4-12 weken)

Kenmerken:

• Ontwikkeling van sociale vaardigheden met nestgenoten.
• Open voor nieuwe ervaringen, maar ook gevoeliger voor trauma.
• Start van bijtremming en rangorde binnen het nest.

Socialisatie:

• Introduceren aan diverse mensen (kinderen, ouderen, mannen, vrouwen).
• Kennismaken met andere dieren (rustige honden, katten).
• Omgevingsgeluiden: verkeer, huishoudelijke apparaten, spelende kinderen.
• Begin met positieve training (naam herkennen, basiscommando’s).
• Wennen aan aanrakingen (pootjes, oren, bek voor latere verzorging).

4. tweede socialisatiefase (3-6 maanden)

Kenmerken:

• Hond/kat wordt zelfstandiger en gaat grenzen testen.
• Energieke en speelse periode.
• Belangrijke fase voor leren en gehoorzaamheid.

Socialisatie:

• Vervolgtraining (zit, hier, nee, loslaten, socialisatiewandelingen).
• Nieuwe plekken bezoeken (parken, winkelstraten, autoritten).
• Wennen aan verzorging (borstelen, nagels knippen).
• Speels contact met stabiele volwassen dieren.

5. Puberteit (6-12 maanden)

Kenmerken:

• Test grenzen en kan ongehoorzamer worden.
• Mogelijke angstfases (schrikreacties op nieuwe dingen).
• Hormonen kunnen gedragsveranderingen veroorzaken.

Socialisatie:

• Blijven trainen en corrigeren met geduld en consequentie.
• Positieve bekrachtiging voor gewenst gedrag.
• Nieuwe uitdagingen bieden (speuren, behendigheid, spelletjes).

6. Volwassen fase (1-3 jaar)

Kenmerken:

• Gevestigd karakter, stabieler in gedrag.
• Behoefte aan mentale en fysieke uitdaging blijft groot.
• Mogelijke dominantie naar andere honden als geen goede socialisatie heeft plaatsgevonden.

Socialisatie:

• Blijven trainen en socialiseren met nieuwe situaties en honden.
• Sport en werk: gehoorzaamheid, behendigheid, speurwerk.
• Uitdagende puzzels en denkspellen aanbieden.

7. Seniorfase (7+ jaar)

Kenmerken:

• Energieniveau neemt af, maar behoefte aan aandacht blijft.
• Gevoeligheid voor gewrichtsproblemen en slechter zicht/gehoor.

Socialisatie:

• Kalmere sociale interacties met andere honden/mensen.
• Lichte bewegingsoefeningen om fit te blijven.
• Aangepaste training en mentale stimulatie (snuffelmatten, lichte puzzels).

Natuurlijk gedrag

De Mechelse Herder is een energieke en intelligente werkhond met sterk natuurlijk gedrag. Dit ras is van oorsprong gefokt als herders- en waakhond, wat zijn instincten en gedrag beïnvloedt.

Waakzaamheid en beschermingsdrang

• Altijd alert en reageert direct op prikkels in zijn omgeving.
• Beschermt instinctief zijn gezin en territorium.
• Kan terughoudend zijn naar vreemden, maar is niet onnodig agressief.

Socialisatie is essentieel om overmatige waakzaamheid te voorkomen.

Hoge intelligentie en leergierigheid

• Leert razendsnel en wil graag samenwerken met zijn baasje.
• Geschikt voor politie-, speur-, reddings- en sportwerk.
• Kan zelfstandig problemen oplossen en opdrachten uitvoeren.

Mentale uitdaging is cruciaal, anders kan hij zich gaan vervelen en ongewenst gedrag vertonen.

Grote energie en werkdrift

• Heeft veel beweging nodig, ideaal voor actieve baasjes.
• Werkt graag en kan lang gefocust blijven op taken.
• Zonder voldoende uitdaging kan hij nerveus, destructief of hyperactief worden.

Dagelijkse fysieke én mentale stimulatie voorkomt gedragsproblemen.

Sociale aard en sterke binding

• Zeer loyaal en gehecht aan zijn gezin.
• Wil altijd in de buurt van zijn baas zijn, kan slecht tegen lange tijd alleen zijn.
• Bij goede socialisatie sociaal naar andere honden en mensen.

Vanaf jonge leeftijd wennen aan verschillende situaties, dieren en mensen is belangrijk.

Jacht- en prooidrift

• Heeft een sterke drang om te achtervolgen en te grijpen.
• Kan reageren op snelle bewegingen, zoals joggers, fietsers of kleine dieren.
• Dit instinct kan getraind en beheerst worden met commando’s zoals "hier" en "los".

Training en gehoorzaamheidsoefeningen helpen dit instinct onder controle te houden.

Verrijking en verzorging

Verrijking

Beweging & sport

• Dagelijkse lange wandelingen, hardlopen of fietsen.
• Hondensporten zoals agility, speuren, IPO, obedience.
• Werken met de baas, zoals zoek- en reddingswerk, houdt hem gemotiveerd.

Mentale stimulatie

• Denkspelletjes (voerpuzzels, snuffelmatten, hersenwerkjes).
• Trainen en nieuwe commando’s leren voorkomt verveling.
• Apporteerspellen en zoekspelletjes stimuleren zijn natuurlijke werkdrift.

Sociaal contact

• Regelmatig spelen en trainen met de eigenaar versterkt de band.
• Socialisatie met andere honden en mensen blijft belangrijk.
• Variatie in omgeving en nieuwe ervaringen houden hem scherp.

Verzorging

Vachtverzorging

• 1-2 keer per week borstelen om losse haren te verwijderen.
• Tijdens de rui (lente/herfst) vaker borstelen om verharen te verminderen.
• Baden is zelden nodig, alleen bij extreme vuilheid.

Gebitsverzorging

• Regelmatig tandenpoetsen of kauwproducten geven tegen tandsteen.
• Rauw vlees of speciale gebitsbrokken helpen het gebit schoon te houden.

Nagels en poten

• Nagels knippen indien nodig, vooral als ze niet genoeg slijten.
• Controleer regelmatig de pootkussens op wondjes of irritaties.

Oren en ogen

• Oren controleren op vuil en ontstekingen, vooral bij actieve honden.
• Ogen schoonhouden door vuil en traanstrepen te verwijderen.

Voeding en gezondheid

• Gezonde, hoogwaardige voeding passend bij leeftijd en activiteitenniveau.
• Regelmatige dierenartscontroles en vaccinaties voor een lang en gezond leven.

Voeding

Pup (8-12 weken)

• Voeding: Hoogwaardige pup brokken met veel eiwitten en vetten voor groei.
• Hoeveelheid: 200-300 gram per dag, verdeeld over 4 maaltijden.
• Voermethode: In een voerbak of via een snuffelmat voor mentale stimulatie.

Jonge hond (3-6 maanden)

• Voeding: Puppybrokken of vers vlees met extra calcium voor botontwikkeling.
• Hoeveelheid: 300-400 gram per dag, verdeeld over 3 maaltijden.
• Voermethode: Langzaam voeren met een slowfeeder om schrokken te voorkomen.

Puberteit (6-12 maanden)

• Voeding: Overstap naar junior- of hoogwaardig volwassen voer met voldoende eiwitten.
• Hoeveelheid: 400-500 gram per dag, verdeeld over 2-3 maaltijden.
• Voermethode: Variatie zoals brokken én vers vlees kan helpen bij spijsvertering.

Volwassen hond (1-7 jaar)

• Voeding: Hoogwaardig droogvoer, natvoer of vers vlees (BARF/KVV).
• Hoeveelheid: 350-500 gram per dag, afhankelijk van activiteit.
• Voermethode: 2 maaltijden per dag, eventueel aangevuld met trainingssnacks.

Zeer actieve honden (werk/sport) hebben soms tot 600 gram per dag nodig.

Senior (7+ jaar)

• Voeding: Licht verteerbaar voer met minder vet en meer vezels.
• Hoeveelheid: 300-400 gram per dag, verdeeld over 2 kleinere maaltijden.
• Voermethode: Zachte voeding indien gebitsproblemen optreden.

Gezondheid en welzijn

Preventieve zorg

Vaccineren & Titeren

Basisvaccinaties tegen hondenziekte/Distemper, hepatitis, parvo (DHP) leptospirose en rabiës.

• 6 weken – Hondenziekte & Parvo 
• 8-9 weken – DHP + Leptospirose  (hondenziekte, hepatitis, parvo)
• 12 weken – DHP + Leptospirose (hondenziekte, hepatitis, parvo)
• 16 weken – Rabiës (indien nodig voor reizen of wettelijk verplicht)

Herhaalvaccinaties (boosters)

• 1 jaar – DHP + Leptospirose 
• Elke 3 jaar – DHP (hondenziekte, hepatitis, parvo)
• Elke jaar – Leptospirose 
• Elke 3 jaar of volgens reisregels – Rabiës

Herhaalvaccinaties jaarlijks of om de 3 jaar, afhankelijk van het vaccin.
Titeren als alternatief: bloedtest om te meten of vaccinatie nodig is.

 

Ontwormen & vlooien/tekenpreventie

• Ontwormen elke 3 maanden of op basis van ontlastingstest.
• Vlooien- en tekenmiddelen (pipetten, tabletten of banden) om parasieten te voorkomen.

 

Sterilisatie/castratie

Kan ongewenst gedrag verminderen, maar beïnvloedt ook de hormoonbalans.
Overleg met een dierenarts of en wanneer dit nodig is.

Veelvoorkomende gezondheidsproblemen

• Heup- en elleboogdysplasie (HD/ED)

  Erfelijke aandoening waarbij de gewrichten niet goed gevormd zijn.
  Kan leiden tot pijn en kreupelheid.
• Hoe te voorkomen? Koop bij een fokker die ouderdieren test op HD/ED.
• Hoe ermee omgaan? Gewichtsbeheersing, supplementen en soms fysiotherapie.

 

Maagkanteling (maagtorsie)

• Levensbedreigende draaiing van de maag, vaak bij grote actieve honden.
• Voorkomen: Geef meerdere kleine maaltijden per dag en voorkom intensieve inspanning direct na het eten.

Epilepsie

• Sommige Mechelse Herders kunnen aanleg hebben voor epileptische aanvallen.

• Behandeling: Medicatie en dierenartscontrole bij herhaalde aanvallen.

Allergieën & voedselintolerantie

• Kan zich uiten in jeuk, oorontstekingen of maag-darmproblemen.
• Voorkomen: Hoogwaardige voeding en hypoallergene diëten indien nodig.

 

Zoönosen (overdraagbare ziekten op mensen)

• Leptospirose (rattenziekte) – Vaccinatie beschermt hiertegen.
• Hondsdolheid (rabiës) – Belangrijk bij reizen naar het buitenland.
• Wormen (spoelwormen, lintwormen) – Regelmatig ontwormen voorkomt besmetting.

 

Erfelijke aandoeningen en hoe hiermee om te gaan

• Oogafwijkingen (zoals cataract) – Laat de ogen controleren bij ouderdomsverschijnselen.
• Degeneratieve Myelopathie (zenuwaandoening) – DNA-test mogelijk bij fokdieren.
• Overgevoeligheid voor narcose – Overleg met een dierenarts bij operaties.

Koop altijd bij een erkende fokker die ouderdieren test op erfelijke afwijkingen!